DEN
HAAG -Afspraken tussen gemeenten, politie en uitgaansgelegenheden helpen niet om
uitgaansgeweld te verminderen. Het geweld in en rondom cafés en disco's in het
weekeinde is niet minder geworden nadat gemeenten met andere betrokken partijen
een 'Conventanten Veilig Uitgaan' hebben afgesloten. De verantwoordelijke
ministers hebben nagelaten hier iets aan te doen.
Dat
concludeert de Algemene Rekenkamer in een gisteren verschenen rapport.
Opmerkelijk is dat partijen het idee hebben dat het veiliger is geworden in hun
gemeenten. Cijfers hierover ontbraken tot nu toe.
De
Rekenkamer onderzocht de politiegegevens van de 153 grootste gemeenten en stelde
vast dat in de periode 1999-2002 jaarlijks 6400 geweldsdelicten plaatshadden in
uitgaansgebieden. In tweederde van de gevallen
was sprake van zware delicten; met letsel en/of een (vuur) wapen. 75 van deze
gemeenten hadden een convenant, maar dat had, aldus de Rekenkamer, 'geen enkel
aantoonbaar effect' op het geregistreerde geweld.
Ook
de naleving van het convenant door de verschillende partijen blijkt
problematisch. Als één horecaondernemer zich bijvoorbeeld niet aan de afspraak
houdt over het afschaffen van het 'happy hour', zien andere cafés daar ook geen
noodzaak meer toe.
De
convenanten zijn niet helemaal nutteloos. Zo stellen alle partijen het op prijs
elkaar 'beter te leren kennen' en hebben ze 'meer begrip' gekregen voor elkaars
werk. Positief is de Rekenkamer over vaste aanspreekpunten in de buurt of
'buurtvaders'; Marokkaanse vaders die amokmakende jongeren aanspreken op hun
gedrag. Zij hebben volgens de Rekenkamer 'enig effect' op lichtere vormen van
geweld: dat daalde of steeg minder snel.
Forse
kritiek heeft de Rekenkamer op de verantwoordelijke ministers van binnenlandse
zaken en justitie, die sinds eindjaren negentig voortdurend beloofden het
uitgaansgeweld 'structureel’ aan te pakken. De oplossing lag volgens
opeenvolgende ministers in het poldermodel. Via overleg tussen gemeenten en
betrokken partijen. zou het uitgaansgeweld teruggebracht worden. De ministers
hebben echter nagelaten te controleren of deze convenanten ook werkten en wat de
effecten ervan waren, concludeert de Rekenkamer. Beide huidige ministers laten
in een reactie op het rapport weten uitgaansgeweld vooral een 'lokale'
aangelegenheid te vinden. Daarop kan de Rekenkamer niet anders dan vaststellen
dat 'alles dan wel zo zal blijven als het nu is'.
ReK <juni 2004>