Reactie van de Provincie op de prealabele vragen van de gemeente
Bijgaand de reactie op de prealabele vragen van de gemeente waarin de Provincie antwoord geeft op het verzoek van de gemeente een discotheek in de Westrand op voorhand toe te staan.
Datum
8 juni 2005
Ons kenmerk 2005-15186
Onderwerp
Prealabele
vraag vestiging discotheek in Westrand Alkmaar
Bezoekadres
Houtplein 33
Haarlem
Postbus 3007
2001 DA Haarlem
Tel (023) 514 3143
Fax (023) 514 3030
Burgemeester
en Wethouders van
Alkmaar
Postadres
Postbus 53
1800 BC
ALKMAAR
Behandeld door J.G. van Turen
Afdeling Ruimte, Wonen en Bereikbaarheid
Telefoon (023) 514 4393
E-mail turenj@noord-holland.nl
Uw kenmerk 5864
Bijlage(n)
Geacht college,
In de brief van het hoofd van de sector Stadsontwikkeling
gedateerd 1 april 2005 wordt ons een tweetal prealabele vragen voorgelegd. Deze
hebben betrekking op de Westrand van Alkmaar en zijn met name toegesneden op het
al dan niet vestigen van een discotheek in dat gebied, bezien in relatie tot het
Ontwikkelingsbeeld/streekplan Noord-Holland Noord. Ter plaatse is de aanduiding
“Uitsluitingsgebied” van kracht.
De geformuleerde vragen beantwoorden wij als volgt.
1. Is het juist dat in het streekplan de begrenzing van het
uitsluitingsgebied indicatief is aangegeven en dat de begrenzing definitief
wordt bepaald in het nieuw op te stellen bestemmingsplan voor het gebied, dan
wel via een vrijstellingsprocedure ex artikel 19 WRO?
Antwoord: ja.
Het gebied van de Westrand staat op de streekplankaart aangeduid als “Uitsluitingsgebied”. De reden hiervoor is gelegen in het feit dat het gebied als geheel onderdeel uitmaakt van de Provinciale Ecologische Hoofdstructuur.
In het verleden hebben in de
Westrand stedelijke ontwikkelingen plaatsgevonden in de vorm van bijvoorbeeld
een ijsbaan en een wielerbaan. Bij de vaststelling van het streekplan is niet op
perceelsniveau bezien of een gebied als onderdeel
van het “Uitsluitingsgebied” moet worden aangemerkt of dat het moet worden
gekwalificeerd als “Bestaand stedelijk gebied”. Ook de aanduiding
Provinciale Ecologische Hoofdstructuur op plankaart 3 van het Ontwikkelingsbeeld
is niet tot op perceelsniveau bepaald.
In het Ontwikkelingsbeeld wordt onder het bestaand stedelijk gebied verstaan:
a) Het feitelijk bestaande gebied van steden en dorpen waarin zich ruimtevragende stedelijke functies bevinden die een aaneengesloten en samenhangend geheel vormen.
b)
In geldende beleidskaders van gemeenten (goedgekeurde bestemmingsplannen en
afgegeven verklaringen van geen bezwaar ex artikel 19 WRO) en provincie
(streekplan of andere ruimtelijk relevante beleidsstukken) vastgelegde
verstedelingsmogelijkheden.
In het Ontwikkelingsbeeld is het
bestaand stedelijk gebied aangegeven, voor zover het betreft steden, hoofd- en
basiskernen en glastuinbouw in projectlocatie. Dit betekent dat bijvoorbeeld
incidentele bedrijfsvestigingen, kleine kernen of een cluster van enkele
woningen en ook linten op de kaart “Planologisch Beleidskader 2004-2014”
niet de aanduiding “bestaand stedelijk gebied” hebben gekregen. Het bestaand
stedelijk gebied is op deze kaart met een schaal 1:100.000 vastgelegd. Het
bestaand stedelijk gebied wordt uiteindelijk door de gemeente in het
bestemmingsplan meer gedetailleerd vastgelegd op een kaartschaal van minimaal
1:10.000 en is pas dan juridisch bindend.
Voor de vaststelling van het bestemmingsplan dient een ruimtelijke visie te worden ontwikkeld waarbij het gebied in breder verband wordt bezien. Uiteindelijk zal aan het bestemmingsplan of projectprocedure een beeldkwaliteitsplan ten grondslag moeten liggen, waarin de relatie tussen de ruimtelijke plannen en de kernkwaliteiten van het gebied worden toegelicht.
2. Ziet u een mogelijkheid om vooruitlopend op het bepalen van de
definitieve begrenzing mee te werken aan de vestiging van een discotheek in dit
gebied, als op voorhand duidelijk is dat de aan te wijzen locatie op termijn
binnen het stedelijk gebied zal komen te liggen?
Antwoord: nee, tenzij aan een aantal voorwaarden wordt voldaan.
Het ontstaan van de Westrand zoals die zich nu manifesteert, vindt zijn oorsprong in de ad-hoc benadering zoals die in het verleden heeft plaatsgevonden. Juist om die reden wordt een ruimtelijke visie voor het gebied als geheel verlangd.
In het beeldkwaliteitsplan dient een verantwoording te worden gegeven van de beoogde ontwikkeling, of van andere ingrepen met aanzienlijke ruimtelijke consequenties over de volgende aspecten:
§ Aandacht voor de ontwikkelingsgeschiedenis van het gebied en de bewoners die bepalend is voor de identiteit.
§ Aansluitend bij de ordeningsprincipes van het landschap.
§ Bebouwingskarakteristieken en inpassing daarin of aanpassing daaraan (archtectuur, stedenbouw en openbare ruimte).
§ De inpassing van het gebied in de context van de wijdere omgeving.
§ De huidige kwaliteiten van de omgeving en maatregelen om negatieve effecten van de nieuwe ontwikkeling op te heffen.
De vestiging van een disco op de voormalige locatie van het Clauspartyhouse is vooruitlopend op het bepalen van de definitieve begrenzing van het stedelijk gebied voor de Westrand niet mogelijk, tenzij aan onderstaande voorwaarden wordt voldaan.
a) Er is op de plek van de vestiging van een discotheek reeds sprake van een stedelijke functie vastgelegd in het bestemmingsplan of gerealiseerd via een artikel 19 procedure.
b) Er ligt een totaalvisie voor de Westrand aan ten grondslag.
c) Er is aangegeven hoe met behulp van de "Ruimte voor Ruimte-regeling" de vestiging van een discotheek zich positief voegt in het gebied en positief daaraan (financieel) bijdraagt.
Hoogachtend,
Gedeputeerde Staten
van Noord-Holland,
provinciesecretaris. voorzitter.
RSH <juni 2005>